De jager
Nachtdonker zit in de wilgenboom
op stille takken, omklemd
door nagels als een vlijm
de jager; gekleurd als niets
op wacht, naar zijn prooi.
Onzichtbaar draaien de zoekers
langs de wallenkant, gespitst
op rusteloos leven daar benee
onhoorbaar glijdt als een spies
de dood over het leven.
Schaduw vloeit als fluweel
over de toppen van de bomen
de jager nestelt zich in hun kruin
de vleugels nu in rust gevouwen
weer klaar voor de jacht.
Geplaatst in de categorie: dieren