Markies Rutgers
Ooit speelde ik de gelaarsde kat, dienaar
van de Markies van Karabas, de hoofdrol in
een toneelstuk, opgevoerd in de Glanszaal
te Gouda. Het lijkt wel eeuwen geleden,
maar wat had ik een schik en wat beminde
ik de jonge vrouwen, die zich in mijn
bijzijn omkleedden, terwijl ik een douche
nam in hetzelfde vertrek. Ik voelde hun
geesten om de hoek kijken, maar hun
lichamen bleven helaas achterwege. Nu
ben ik zelf een echte markies, laat ik
mijn veters strikken door een butler,
genaamd Lodewijk, hij kookt voor mij de
heerlijkste gerechten en hij schenkt mij
de meest exclusieve wijnen, het mag wat
kosten, want ik bulk van de euro's, mijn
wijnkelders zijn goedgevuld en het Franse
kasteel, dat ik onlangs gekocht heb, bezit
zo zijn eigen wijngaarden, waar ik mensen
voor inhuur om mijn eigen chateauwijnen te
produceren, die het goed doen in het verre
buitenland, een extra bijverdienste, die
ik Lodewijk gun, omdat zijn biefstukken de
laatste tijd wel heel mals en kruidig zijn.
Trouwens, tussen ons gezegd en gezwegen,
de markiezin van verderop was laatst op
bezoek en zij kleedde zich zomaar zonder
reden uit in het bijzijn van mijn butler,
die ik snel wegstuurde, waarop zij haar
malse benen spreidde en zei: 'Kom, ziel
van mij, verwen mijn dronken lichaam, doe
ermee wat je altijd al wilde doen, dan doe
ik met jou wat ik altijd al wilde doen!'.
Geplaatst in de categorie: adel