sacrale winterdis
daar hoor ik ze niet stuiven
over het parket
plassend in 't bad
het kindergewas
onder het plafond een ruisen
het kiemen van wasdom
wijl ik afdaal tot de onderbuik
wortelend in de kille keukenvloer
de pit een want van warm aardappelvocht
pompen van schuim tijd en dampende dis
het broeden op doorknede sloffen
sjokkend met aarden klompen
de kluiten schuren de vloeren tegels
waar ik er in godsnaam weer mee blijf
wederom waart het futiele in de sacrale momenten
want buiten heeft onherbergzame voeten
lente is als warme soep voor 't gebeente
vandaag ligt altijd op affuit van morgen
liever ligt het op zijn luimen tot het afruimen
en met de afgelikte duimpjes omhoog
knoop ik mijn hoofd in een gedicht
waarom de winter steeds meer eieren legt
alsof het speelterrein onder het kinderbed ligt
Geplaatst in de categorie: kinderen