(On)geluk
De drinkebroeder keek
ravijndiep in het glaasje,
waarna de man bezweek.
Hij was ineens het haasje.
Heel ongelukkig viel
hij 's ochtends om drie uur
in Zoelen (vlak bij Tiel)
in slaap. 't Was achter 't stuur.
De doorgezakte stakker
reed in z'n slaap door rood
en werd bij God weer wakker.
Het was een mooie dood.
'Wees welkom,' zei de Heer,
die blaakte van erbarmen.
'U zwijnde in 't verkeer
en stierf in Morpheus' armen.
U hebt hier niets te vrezen,
want alles is in orde.
Wees blij: u bent bij deze
onsterfelijk geworden!'
De dweil was in z'n sas,
al was het maar ten dele.
De tijd verstreek. Hij was
zich eeuwig aan 't vervelen.
Geplaatst in de categorie: lightverse