Castigat ridendo mores.
Waar wel bijna honderd mensen keken naar niets,
wachtend op mijn sein
waar diensten werden samengevoegd tot grootste gemene deler,
met de nadruk op gemeen
waar ambtenaren als vuile dieven nu hun kans schoon zagen,
formulieren rondstrooiend met als aanhef: - in naam der koningin-
onderwijl achtendertig euro eisend
komop zeg, mij maak je niet gek,
met vijfenzestig jaar ervaring in diverse disciplines:
het diploma van de Universiteit Des Levens
achteloos half uit mijn achterzak wapperend -
Ik ken hare majesteit trouwens niet of nauwelijks-
of het moet toen geweest zijn in de beginjaren zestig,
bij de lauwe thee tijdens dat mistige buffet
met burgemeesters en wethouders van het meest onbenullige eiland
van ons o zo schattige koninkrijkje.
Nee, ik heb ze door, die ellebogen waarachter voelbaar,
altijd en immer wat verscholen blijft
tot het stiekeme moment dat het hún van pas komt.
Maar ik lach er om. En ik zal er altijd om blijven lachen.
Geplaatst in de categorie: maatschappij