Onvervalste blueszanger
(voor Thé Lau)
Na twee-en-zestig jaren in de mangelmolen
dacht God, laat hem nu maar hemelen, hengel
hem nu maar op, want hij zit al veel te
lang op hete kolen, die lieve bengel.
Ik zat in een chic gekkenhuis toen ik jouw
'Blauw' over de radio hoorde en mij gezien
voelde, getroost voelde, trots als een pauw
dacht ik, als hij het kan, misschien...
en in café De Tweeling draaiden ze 'Iedereen
is van de wereld en de wereld is van iedereen',
terwijl ik mijn zoveelste Verboden Vrucht nam,
mij hernam, ontkwam, want ik sta niet alleen,
zoals je mij zo hoopvol hebt toegezongen
en ik geloofde, omdat je een wijze druïde was,
ook al is de wereld nog zo bitter verwrongen,
jij was het die altijd eerlijk was.
Jij wist me met jouw blues op te peppen
en de dagelijkse ellende te verdrijven,
met jou raas ik over de ongerepte steppen,
drink ik bier en geniet ik van wilde wijven.
'Ik heb gedronken en gezien!', zong je vol vuur
en dat was welgemeend en magisch optimistisch,
zelfs in je allerlaatste uur en kuur na kuur
was je hoogst altruïstisch.
Geplaatst in de categorie: idool