boswachters
Toen hij dan eindelijk kwam,
september had de zomer net geblust,
werd hij brutaal de aarde op gesmeten
en was hij karig uitgerust
men was zijn tweede huid vergeten.
zo groeide hij op, de jakhalzen schuddend
die zich klemden op lijf en leden
met een ziel vol blauwe plekken
vervolgde hij zijn schreden
En later toen hij gin dronk,
er speelde zachtjes jazz,
verzuchtte hij een tikje wrang
geef ons een sparrenwoud
en wij zullen boswachters zijn.
Geplaatst in de categorie: psychologie