Ritueel
Na 't uittrekken van wortels uit de gezamelijke tuin
kwam de verjaardag weer naar boven.
Een euforie bijna
jij binnenkomend in ons oude huis
je broer, een kijken
hoe 't was veranderd.
Toen stapten we de deur weer uit,
de lage instap in,
'k moest helpen en eenmaal daar,
hulde je j' in een lange wollen jas
en ruime zwarte pet, gehaast
hij bolbuikig in een driekwart jack.
Uit je achterbak haalde je een tas
waarin van alles, lichtjes,
cola, die 'k nooit kocht,
snoep en koekjes, lucifers,
we zagen uit de verte de drie coniferenbollen
Je sprak hem aan
alsof nog bestaan,
en goot de cola over aarde
dronk ervan en bood 't me aan
paaseieren tussen 't groen gekleurd,
saam deden we de kaarsjes
ze gingen even snel weer uit door wind,
gekookte tarwe aten we
met walnoten en
strooiden dat ook uit
Hij zou nu 40 zijn.
En toen we daarna wegliepen,
verbond spijt, pijn en liefde ons.
Je stelde vragen,
het woei en stormde op de dijk,
je stond daar hoog, rechtop, genoot van wind,
't ging regenen.
We aten vegetarisch, jij haastig weer
je moest veel rijden nog, in bui en wind
toch leek die middag, samenzijn,
de tarwe, iets van een warm zegenen.
Geplaatst in de categorie: familie