Knotwillig
Ga aan mij voorbij
blauw dat me niet
bevroeden kan
wat mijn hart beroert
wordt niet in lucht gelezen
ik zuig met lange tenen
diep uit de grond
afgestompt de treur
van de akker
opdat daar groeien mag
wat bij mij is afgeknot
uitgestrekte armen
naar een heldere hemel
is het mijn lot
of de doem van een religie
knotwilg te willen zijn
Geplaatst in de categorie: vrijheid
Ik vind het machtig.
keek naar de wilg, die immer,
hoe beknot en gebogen, hoe bot ook
van boven de stam ook was, enig
sierlijk blad tot groen bracht,
tot stem in de wind wist
te brengen, dacht ik
dit is eens hier
voor mij
te doen.