130 resultaten.
Een koud vermoeden rilt mij door het brein
poëzie
2.0 met 18 stemmen 1.713 Een koud vermoeden rilt mij door het brein:
Ik zie mijzelf en weet thans wie ik ben:
Ik ben Erinring van veel boeken en
Een Macht, waarmee 'k mijzelf en al mijn zijn,
Gedachte en daad, gelijk maak aan de schijn,
Die 'k daarin schoonst vond: - onbewust gewen
Ik me aan dat artiest zijn; - soms zelfs ken
'k Mijn schijn, die groot is, niet van…
Het verlaten huis
poëzie
4.0 met 1 stemmen 421 Als in een huis in de onderwereld, waar
De stille vader en het stomme kind
Elkander aanzien - zó zit ik gebukt
Over mijn boeken in dit donk're huis.
En tegenover me aan de tafel zit
Dat stomme kind der sombere gedachte,
Mijn stille weemoed met het bleek gelaat,
Mijn stomme weemoed met het donker oog,
Die niemand ziet dan ik, - maar áls…
EEN LIEDJE VOOR HANSJE
poëzie
4.0 met 1 stemmen 275 Hij is in 't midden van de mei
Geboren en een dichter zei:
Dit is een kind dat zingen zal,
Dat de mensen 't horen óveral;
0, wat een zeldzaam mei-geval:
Hij is in 't midden van de mei
Geboren.
Hij mag een lelijk mosje zijn
Wie horen wil naar liedjes fijn,
Die zoekt de mooiste vogel niet:
Van de lelijkste vogel is 't mooiste lied…
Zomerweide.
poëzie
4.0 met 2 stemmen 274 De blanke koeien waden 't weigras door,
Uit hoge hemel daar een wolkbank ligt
Straalt trillende op koe-ruggen zomerlicht,
't Gras ripplend krijgt een esmerauden gloor.
Warm vlakt de vaart daar 't groene riet langs spicht,
Golf deint en spoelt, trekt zijn geglinsterd spoor
Stoomboot in stroom en stuurt de schomling door
Die 't riet doet…
Sinds ik u álles gaf, ál wat ik ben
poëzie
3.0 met 5 stemmen 557 Sinds ik u álles gaf, ál wat ik ben,
En thans in ú mijzelve heerlijkst vind,
Wat klage ik dan, daar gij een andre mint,
Daar ik me, als de uwe, eraan meêplichtig ken?
En daar ik ú ben, ben ’k dan niet verblind,
Zo ’k op u toorn en dus mijzelve schen?
En me aan úw liefde zoveel minder wen
Dan aan mijn eigne, die ons zó verbindt?
Moet…
De Maat
poëzie
4.0 met 2 stemmen 488 Er is geen maat die ik in u niet vind.
Gij zijt de berg en gij zijt ook het grein,
Gij zijt de aardwoning en het hemelplein,
Gij zijt de vader en gij zijt het kind.
Ik heb mijn ogen die u zien, maar blind
Zie ik u ook: in mij het bloedgedein
Is zozeer u als de eindeloze trein
Van vormen, die nooit eindt en nooit begint.
En 't vormenloze…
Men kàn geen vlammen als een gouden vloed
poëzie
5.0 met 1 stemmen 422 Men kàn geen vlammen als een gouden vloed
Uit éen vaas gieten in een andre vaas:
Daarbinnen branden ze en een bevend waas
Gloeit door het hulsel heen met halve gloed.
Open het nooit – het is zo schoon, en ’t moet
Zó schoon zijn, blijvend in die zelfde plaats:
Die vlam zal niemand zien: zij zal, helaas!
Zichzelf verteren, daar haar niemand…
Aan F. van Eeden
poëzie
4.0 met 3 stemmen 352 Ik ben gestemd om een sonnet te maken,
Teer-blauw als mij Japanse verzen lijken,
Zo vlak als water, dat geen rimpels strijken
Tot vloeiend matglas, waar zij de' oever raken.
Fijn porselein met verwende smaken,
Bleek-blauwe poppen die zo wijd uitwijken,
En zonder perspectief - de rijken kijken
Bij 't kopen, of de kleine barstjes kraken.…
ZANG.
poëzie
4.0 met 3 stemmen 385 Mijn ziele is in mijn zangen,
Mijn zang is mijne ziel:
Mijn lied is 't zoet verlangen,
Dat in mijn harte viel.
Dat groeit daar stil verholen,
En groeit straks wonderhoog,
En rankt in duizend bloemen
Der wereld uit het oog.…
De schone wereld
poëzie
3.0 met 4 stemmen 551 Iedre morgen na het nachtlijk slapen
Ligt mijn wereld nieuw door mij geschapen.
Iedere dag heb ik haar weggegeven,
Telkens één dag meer van 't eigen leven.
Telkens een kortstondiger bewoner
Zie ik haar belanglozer, dus schoner.
Schoonst zal ze eenmaal zijn als ik ga scheiden
En de grenslijn wegvalt van ons beiden.…
BLAUW EN ROOD
poëzie
3.0 met 4 stemmen 387 Al liepen alle vrouwen nou
Op straat in blauwe japonnen,
Al liepen hun mannen ertussendoor
In rode pantalonnen:
Ik zag ze niet door 't luchteblauw,
Dat hemelse blauwe wonder;
Ik zag ze niet door 't pannenrood,
Waar 't stadsvolk wonet onder.
Met luchteblauw en pannenrood,
Was de wereld schoon beschilderd;
Maar door onze zonden zijn hier…
Was 'k nu bedroefd
poëzie
4.0 met 2 stemmen 492 Was 'k nu bedroefd, 'k zou met de droefsten schreien:
Zó droef als ik kan toch geen droef mens klagen:
Maar tóch zou 'k zeggen: klaag om 's Levens slagen
Niet wild, niet zó of 't u niet mócht kastijen.
Krom krimpe ik van verdriet; — 'k tere uit van lijen; —
Mijn arm hoofd snapp' niet waarom zulke plagen; —
Maar wee, weé mij! als ooit…
Gelijk een vader zijn onwillig kind
poëzie
4.0 met 1 stemmen 375 Gelijk een vader zijn onwillig kind
Bestraft met schijnb're toorn, maar smart in 't hart,
En, schoon kastijdend, zelf wel voelt hoe hard
De straf moet zijn voor 't kind dat hij bemint, -
En onder 't straffen in zichzelve zint
En hoopt óf het berouwvol wordt, - en mart,
O zo verlangend, na die dubb'le smart
Héél lief te wezen voor zijn…
De Wever
poëzie
4.0 met 4 stemmen 390 Zij kloppen aan de deur: zij klagen
Dat ik niet luister.
Ik berg voor allen die mij plagen
Mijn kalme luister.
Ik ben veel zachter en veel stiller
Dan ooit geloven
De durver, weter en bediller,
Drukken en groven.
Mijn huis een hoge en lichte kamer,
Mijn dag een morgen,
Ben ik een hemelse beramer
Van aardse zorgen.
Mijn…
De deizende sterren
poëzie
4.0 met 4 stemmen 450 De deizende sterren, zij tink'len
Hun vesper mij na, waar ik rijs,
Tot die tonen mijn voeten besprink'len
Op de trappen van 't zonnepaleis.…
Lachen en Schreien.
poëzie
3.0 met 3 stemmen 619 Ik wenste dat mij mocht gebeuren,
Nu en voortaan, -
Heel goed te zijn voor hen, die treuren,
Nu en voortaan.
Want als ik blijf behou'en
Gezang en de vreugd daarvan, -
Dan weet ik, dat ik al wie rouwen
Oneindig troosten kan.
Want al mijn zangen in mij
Zijn boodschappers van vreugd:
Zij dragen goede tijdingen,
En hemelse verblijdingen…
STUUR 'M DAN NIET HEEN
poëzie
4.0 met 1 stemmen 537 Als een mens komt met vriend'lijk ooggekijk,
Mond die iets liefs vertelt,
Stuur 'm dan niet been: 'keer morgen weer.'
Want wat één mens een andre liefs bescheer',
Is zonneschijn, die door de wolken welt,
Of een geplukte bloem gelijk.
Als zonneschijn, die door de wolken welt,
Drijft alle liefs voorbij.
Kijk op en zie of weet het niet;
Het…
HET BLIKSEMVUUR
poëzie
4.0 met 3 stemmen 441 Omdat uw huis niet op de weg van de bliksem lag
Maar juist daaraan, schrikt ge op en stierft gij niet.
Dit zijn de verborgen wegen, de heerbanen van 't hemels vuur
Waaraan wij spelen, sluimren, omstrenglen elkander, ontwaken.
Wat ware mij 't leven als het niet z6 was : dreiging en duisternis,
Gloed en angstwekkend geratel en daar ikzelf in,…
Plotselinge dood
poëzie
4.0 met 3 stemmen 611 De Dood zat in u en ge wist het niet,
Hij scherpte ’t mes al en ge wist het niet –
Gij en uw jonge vrouw, gij schertste en lachte –
Hij mikt naar ’t hart en hij mist het niet.…
Parijse herfstdag
poëzie
4.0 met 1 stemmen 524 Ik heb de weemoed van uw stad verstaan.
Een stad vol vreugde, zeiden zij die nooit
Geneugten weten dan het vlees ontplooit,
Vol zoete tastbaarheid en weken waan.
Maar in uw parken geurde uit iedre laan
't Verleden: grootser tuin, voorlang gerooid;
En iedre lijst die strekt of rijst of glooit
Aan uw paleizen, hing de erinnring aan.…