Alle Zeven
Met zeven nagelen lag Ik geklonken
Op dit zwart rad van marteling, mijn Leven, -
Want zeven Hárten zijn mij ópgeblonken,
In pracht van Jeugd en Vreugde's innigst beven.
In zeven dromen was ik zwaar verdronken,
Dromen van deemoed en van liefde-geven,
Die alle zeven weer in 't Niet-zijn zonken:
Daarom gegroet, mystiek getal van Zeven!
Hártstochten gaan en komen op de maat
Van mijner diepre Ziel geheimvol deinen,
En heel mijn liefde was een morgendroom.
Maar, boven al de Schijn des Tijds uit, staat
Gij in uw koelte, al-enig-vaste-en-reine,
O, Cijfer, waar 'k op tuur, in vreemde schroom.
Verzen (1931)
Schrijver: Willem KloosInzender: Redactie, 8 december 2016
Geplaatst in de categorie: ex-liefde