ALIQUANTULUM
netgedicht
Heimelijk had hij lief
tot aan de Doodsjordaan.
De dichteres
verschrompelt in haar toren
aan de rivier.
Wie schenkt nog vreugdeolie
of speelt nog onder haar raam?
Alles ronkt –
de mensen de grasmaaier
de ventilator.
Ik maak korte metten
en even wordt het stil.
Haarfijn
doe ik de tweede persoon
uit de doeken.…