Het landschap golft
deint als een lome zee
neemt meidoornhaag
en geel van maaisel mee;
de tegen fietser groet
met een bezonken blik
bezig met zijn eigen ik.
Op het grasland gaat het paard
er speciaal voor staan,
heft dan onaangeroerd de staart
en laat voor camera en veulen
haar tot drol gedraaide
maaisel gaan.…
De boer gelooft nu al in de vette oogst,
verslikt zich in rekensommen
vergaart het maaisel
en drijft de kudde naar een malser veld.
Hoor hem vloeken in de kraag.
wijkend voor de wurgende hitte
of de zondvloed, waanramp
die zijn dampende stallen meesleurt.
Vrieslucht beet in mijn kruis
Vlokken maakten de wielsporen gladder.…