de gids loodst mij
langs dorre doodsbeenderen
en frescobloemen
hij laat
uit een nis duif
en olijftak vliegen
hij leeft
tussen alpha en omega
gelooft wat hij ziet
tersluiks raak ik
de vaderen aan en schrik
als ze uiteenvallen
en de seminarist
rustig zegt: zij zullen de ogen
opslaan in het paradijs
jaja mompel ik…
een seminarist daalt
met amos af naar de rust
van eeuwenoude doden
hij toont terloops
wat brosse beenderen waarboven
bloemen groeien naar het licht
hij haalt een vogel naar voren
een tak een christusmonogram
een kandelaar met zeven armen
zij zullen de ogen
zegt de jongen van achttien
opslaan in het paradijs
jaja mompelt amos…
Seminarist. Dat ging
op zondag zo: twee uren welgeteld
de lanen door. Het heette wandeling.
Zo kwam ik voor het eerst in Groenendaal.
Het breedste pad: wat was het op het spoor?
Ze marcheerden zo’n beetje allemaal.
Maar ik keek steeds tussen de bomen door.
Midden juni geloof ik dat het was.
Iemand zwamde over de Ilias.…