aan weerskanten
van mijn pad
hangen
als 't ware van mijn schouders
diepe sloten af
vol kattestaarten
koolwitjes op jacht
minivlinders
snikheet
bijna van streek gebracht
rietkragen
grote lisdodden kolven
kolf aan kolf
man aan vrouw
aan elkaar gesmeed
een libel
daarentegen
altijd een buitenbeentje
verzoekt het
op zijn eentje.…
Wegwijs
ben ik er niet
ken er
bos en akker
Waarop mais
de overhand
geluk tot
in de kolf
Hier geen korenwolf
wel haasje-over
die haken slaat
en er vandoor gaat
Wegwijs
ben ik hier niet
rechtdoor? afslaan?
mijn weg.....
hoe..te vervolgen
met wie raak ik
aan de praat?
over de weg....
die naar Rome gaat?…
Nog staat zij daar
haast ongedeerd
loodrecht
haast ongestoord
haar kolf
een nobel bruin
de grote lisdodde
in de sloot
de lente komt
de winter gaat
vergaan
staande sterven
schadeloos en schoon
onschuldig en rechtop
eenvoud is haar kroon
de grote lisdodde
stijlvol
in de sloot…
Een vlotte oorlog in de Golf
leek naar de hand van Bush een kolf.
Verzekerd, dat-ie snel zou winnen,
wou hij al te graag beginnen.
Hij had van alles voorbereid
en vele maanden voor de strijd
z'n oorlogstuig en troepenmacht
vlak bij Irak bijeengebracht.
Nu is de kogel door de kerk.
Het is helaas begonnen werk.…
als ik
Door streken minder schoon,
En werpen vaak een droeve blik
Naar hunner oudren woon;
Die ginder bleven, spelens moe,
Verlieten kolf en schijf,
En snelden reeds de grave toe,
Tot rust voor ziel en lijf.…