Zij krassen hun geluiden
en fladderen
hun zwarte verenpracht
brengers van het kwaad
en van ongeluk
waar men ooit heilig in geloofde
in donker zwart gedacht
nog steeds kraaien zij
hun kracht…
Zij naait spiegeltjes en kralen
tegen het boze oog
steeds meer en steeds vaker
en verliest haar verstand
Hoe heeft het zover kunnen komen
dat alleen zij zichzelf nog gelooft
in hete waterbellen
die zij nu eens wel, dan weer niet opvangt
In wilde draf, in wild verlangen
raast haar dochterzoon
steeds verderweg, en dichterbij
tot haren hun…
Jij staart rozen
mijn lief
en ik weet wat jij denkt
wat er door jou heen gaat
Jij staart in gedachten
van roze en rood
in overvloed
in bloei
Jij denkt mij
en ik denk jou
mijlenver…