Twee nonnetjes in de Parijse zon,
Van wie er één haar neus staat op te halen.
Zeer uit het zicht van meurende kanalen,
Waarna zich toch dit tweegesprek ontspon:
“Ik zie hem niet, maar ik ruik hier de Seine.”
“Blij toe, je ruikt gelukkig niet de mijne”.…
de avond tuimelt
roze flamingos
kleuren de lagune
aan de hemel
palmen wiegen
op de wind
blauw wordt groen
groen stil zilvergrijs
witte huisjes
knielen deemoedig
als devote nonnetjes
op de bidbank van het strand
stilte kruipt genadig
tussen hopeloos gestrande schelpen
de zee knabbelt aan
de droomkasteeltjes van nat zand…
Nonnetjes, standgapers en zaagjes.
een paarden zadel en een wijde mantel.
In het midden hoorden een wenteltrap
en een glanzende tepelhoorn.
Wat trokken de wentelende dronken
golven van mij mee naar zee?…
Gezellige drukte, gekwetter,
als biddende nonnetjes naast elkaar op de prikkeldraad.
Ze zijn er weer, ze zijn terug.
Ik zag hen, zo lijkt het, in geen tijden.
Ik miste hun luchtballet,
hun vliegkunst over akkers, over weiden.
Elk jaar opnieuw kijk ik er naar uit,
verblijden ze mijn hart.…
langs het kerkhof
van de heilige bavo
wij uiterwaarden in
met achter ons
een haastige bolderkar
illegaal daarin laden wij
wat waardeloos doorgedraaid
de boeren storten
het derde glas
lest de dorst
maar stilt niet de honger
naar meer van toen
nog een keer
zamelen wij het zilver
dat ons in flessen
de melk en yoghurt dopt
opdat de nonnetjes…