o hemels wangedrocht, mijn engel der wrake, uitgewoonde snol,
o hels serpent, onmenselijk wezen vol venijn, verdorven hoer,
o slang uit diepste diepten, bron van wanhoop, dronken sloerie,
o monsterlijke helleveeg, mijn duivels ongenot, verlepte slet.…
De geur van helder gras, ongenoten in een weiland.
Onverklaarbare woorden, zwevend op wit papier.
Gevoelens, stromend door lichaam en gedachten.
Gouden lucht, ongenaakbaar als de sterren.
Lichtpunten, omgegoten in een rare vorm.
Oneindig zoals niets anders.
Geen wolken die de ondergaande zon aan het zicht onttrekken.…
De perzik viert een vraag, dat gaaf ze, en ongenoten,
door úwe borst gelijk een zomer is gevloten.
Maar, hoe 'k voor u den angst der hoorders hadd' gehoopt:
nooit gaat uw nodend woord, 'lijk, alle deur gesloten,
de kreits des avond-lichts van lamp tot lampe loopt.…
In de wijdheid van den dag,
uit zuiver goud gegoten,
ligt vol met donkren drank gelopen
die overlopend ’t hart bedropen
en ’t goede licht geblust heeft, ongenoten.…