De mailbrief
poëzie
XXI
Toch, als de tovervonk langs wonderdraad gevlogen,
- Snel als de Laster vliedt en ’t praatje van de Logen –
De tijding brengt in ’t land: de Mail, de Mail is aan!
Dan hoort men harten vaak als dichterboezems slaan,
Want elk, vol vreugd, vol vrees, wacht van zijn verre lieven
De levenstekenen, de lange, dierbre Brieven!…

Bezig met laden