Destelbergen, verenigd, gekneld
Tussen snelweg en klavertje vier.
Auto’s razen en snellen voorbij.
Zij blijven er niet bij stil staan.
Wie wel de afrit neemt, daalt af
In Destelbergen of Heusden,
Wat maakt het uit?
Je komt er niet uit.…
Vergrendeld door snelwegen
die haar niet raken
is Destelbergen.
Samen met de valavond
doorkruis ik haar,
peil in de diepe poelen
naar wat hangende is.
De zon was vandaag mild
en verlegde de schaduw,
ik kon er wel niet bij.…
Gekruisigd door snelwegen
toont Destelbergen
zijn stigma’s:
open plekken voor weemoed.
De (g)orgelende wind,
orakelt onverstaanbaar,
de luiken ratelen.
De blaren die getuigen,
druipen af, stoetsgewijs.…
Destelbergen,
Aanleunend bij Gent,
Zoekt er soms vertier,
Maar voelt er zich …
Bekocht.
De Dampoort voorbij,
Alle poorten voorbij,
Stroomopwaarts
Naar de bron
Die je hier bond.
Je geraakt eraan …
Verk(n)ocht.…