163 resultaten.
LAIS CCXVII
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 50 Er is iets in het geweten dat niet
geweten is. Zo kent het niet de grond
waarop het zich bij deernis achterliet.
Maar waarheid is een al te makke hond,
met wilde dieren loopt het liever rond.
Het weet zich met de lezers aangedaan
zonder hen was het niets, niet eens bestaan.
Maar ’t vraagt nu het echte, de naakte huid,
en ’t levend woord wordt…
LAIS CCXXI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 48 De winter is daar. Er staat ellende
voor de deur, je hoort de kou al in de
mensen kruipen, hoe zij van ellende
liefde prediken, haat, hoe er wordt hinde
gekeeld, en bos, daar waar ’t haar beminde.
De stilte na de eerste sneeuw zal weer
blad zijn, wit en leeg. Het schrijft haar neer.
Maar ’t zuchten bij elkander breekt de taal,
haar naam wordt…
LAIS CCXXII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 119 In de afgrond van de herhaling wordt
de herhaling de afgrond van het her
en der herhaalde en ’t herhaalde wordt
rot dan bovenop en in het verder
herhaalde, waar met nostalgie die er
niets toe doet, de mens het ziet als heelal,
en wij claimen het als heil maar het zal
herhalen slechts de code die het is:
kleur en wisseltoon, kosmische mal,
waarvoor…
LAIS CCIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 62 Het wordt verward met zijn verlangen daar:
er is een storm op handen, er is gas
dat smeekt om een vonk, er is gebrek aan haar,
een lijf dat niet rust, kennis die is, was
als ’t geweten van een genomen pas.
Vingers verdwalen in haar zilte woud
en dwalend maakt het haar tong vurig koud.
Het roert gevoelens open die het mist
doorbreekt samenhang…
LAIS CCXXIV
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 45 Er was gebrek, onleefbaarheid. Het werd
woest weer verliefd. “Jij geeft geen zier om mij!”.
Haar schater klonk in schichtigheid van hert
(een godheid glijdt er af, teloor, voorbij).
Het ziet haar lijf, de ziel kan er niet bij.
Heur haar streelt thans haar naakte schouders daar
waar handen ijlen naar zijn handen maar
het komt niet aan. Een hese…
LAIS CCXXXVI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 52 In de pit van het zwart voltrekt het niets
dat het wordt zich volkomen, uitgeklaard,
ontdaan van de obsessie met elk iets
dat het niet is, en stilte openbaart
zich in het eindeloze, onvervaard.
In ’t git van het wit verhardt het gebrek
zich tot een kauwen op de lege bek:
niets wordt zo materie, materiaal.
Het maalt zich stuk voor haar, offreert…
LAIS CCCIX
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 48 Ongenadig licht, door huid en handen heen.
Lente heerst wrang, maar ik heb in tranen
jouw lied bewaard, door alle lusten heen:
kristallijne weerschijn, vrij van wanen,
gelouterd door elk feit van het gedane,
eisende slechts 'n gebed om de aarde.
Deemoedig mak schuilt wat ik vergaarde,
stralenschicht in 't stof van kathedralen,
zachte wens van…
LAIS CCXXVIII
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 59 Guirlande is de kronkel in heur haar,
spiraal van zwart in goud, en haar gelaat
vertaalt de wouden in haar zwijgen daar,
het ogenblik waarin zij leesbaar staat,
maar zij getrouw hem haar niet lezen laat.
Het ziet hen wel, maar wacht daar het haar kent.
Het is geen ik, zo’n vent die langzaam went,
maar wel bekend met wat er is, bestaat.
En zij…
LAIS CCXXIX
netgedicht
5.0 met 2 stemmen 47 Het danst omdat er leven is maar nee
de dood heeft hem nu gans omkranst, verniet
en in het duister sterft het zachtjes mee.
Het hoort de stilte toeslaan op zijn lied
met leed dat het verweesd toen achterliet.
’t Wordt ook omstandigheid van zijn bestaan.
Het ziet zijn schaduw in de volle maan:
leegte loopt leeg in wat al leegte was.
Zij had voor…
LAIS CCXX
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 47 ’t Verlangen loopt verloren in een land
dat nergens is, niets dat niets betovert.
’t Beminde reine snelt van hand naar hand
en de stilte die het nu herovert
is geschrift dat enkel schrift verovert.
Het ijle vliedt het lege in, verdriet
lost op in pijn en leed verdwijnt in ’t lied
dat niemand lezen wil, dat niemand schrijft.
Zij is haar niemandsland…
LAIS CCXXXIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 70 Het raakte haar: de woorden schoten los
van elke zin en letters verdwenen
in de flits van genot: ring in het bos
waar niets nog ademde. Zacht het wenen
van de nacht fluistert heel allene
dat het ene is verdwenen. Heilsfeit:
de eeuwigheid spleet open in de tijd.
Verlangen had het uit zichzelf gebracht,
verleden tijd die niemand hem benijdt.…
LAIS CCXXXIV
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 48 Het raam. Rondom raast hongerig de storm.
Het zag haar dolen in het huis dat huilt.
Het vrat zich door de tijd heen als een worm.
Lust is wanhoop waarin angst zich verschuilt.
Het schone heeft zich met zichzelf vervuild.
Alle wegen lopen dood in Rome.
De mensen zijn doden die nog dromen.
Een wolk scheurt weg, de straal verbindt het oog
met…
LAIS CCLXXXVIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 83 Gans de wereld liep in het verloren,
alles dwaalde, wemelde en het zocht
vergeefs zijn plaats, lichamelijke sporen,
maar de tijd had het slechts dood verkocht.
Elke zang zonk weg in het grauwe krocht.
Alles van waarde is gratis. Ik geef
voortaan dus maar mijzelf weer prijs en streef
als iedereen het zachte sterven na.
Voel je mijn klank? Zie…
LAIS CCLXXXIX
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 66 De ochtend breekt, aanhoor mijn schittering:
scherven met lijfelijke resten, klaar
licht, ijzig brandende herinnering.
Zotte maan, haar zweten, het rosse haar,
het droge ja (je hebt toch geen bezwaar?).
't Niets niest. Niets helpt goed. Ik kan 't ermee doen,
een vet verhaal dat eindigt in een zoen,
vrouwentongen om te likkebaarden,
passie tussen…
LAIS CCXC
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 63 In Onterecht woon ik, en Nergens ga
ik ’s zondags heen: die ene dag van licht
telt de weken duisternis en week na
week vergroot in mij ’t gruwelijk inzicht
dat ik ontbonden word en zonder zicht
op toekomst, bij ontstentenis van hoop
vernauwt aldus mijn nare levensloop.
Mocht morgen mij alsnog jouw beeltenis
d’ ogen schroeien, dan wordt mijn…
LAIS CCXCI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 50 'k Zie de stemmen en de melodieën
strak verstrengelen tot bazuin en klank.
Eén toon verbrijzelt alle elegieën,
't geluk, 't gegeven leven zonder dank.
Negeer vertwijfeling, blaas weg mijn stank,
kots mijn denken uit in 't hopeloze,
breek de oude ketting van het boze,
verzet mijn hart tot slag in het gelid.
Mijn lijf is offerande, verkozen
word…
LAIS CCXCII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 83 In eindig licht zie ik de ondergang
bewegen van verlangen naar de dood
en stilte sneeuwt haar wonderlijke zang:
“o dwarreling, gebrek aan deel of nood,
het ruisen van uw wit vergeet ik nooit”.
En handen plooien rust in de handen.
En aarde onttrekt zich aan de landen.
En zeeën ruisen als een zijden kleed.
En stormen vuur verglazen de stranden…
LAIS CCXCIV
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 95 Het inzicht flitst, de schichten verblinden
en met haat zijn de randen afgezet
en met verachting wil u verbinden
verkregen kennis met de strakke wet,
het eenzaam kot waar tijd werd stilgezet,
al de dingen die in 't duister zweven,
vol van wezens die er niets beleven.
Alles is nu af en om het even,
want uw leven wordt nu het gegeven
dat het…
LAIS CCXCIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 49 Dag jij. Ik kus jouw huid, zilte parel
van de dood die mij omsluit, ik draai om
en om de zuil van git, het is een spel,
staatsgreep, grijplok, ik voel mij heerlijk dom
omdat ik zoveel later dan jou kom.
De ochtend dan. Ik blijf erin bestaan.
Jouw lach was nacht, geen zon wil in mij gaan.
Rest mij de nevel in jouw vilten kleed
dat ik tot golemrijk…
LAIS CCXCV
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 52 Op het einde der tijden, de dood van de nacht
zal mijn zachte ster verschijnen, minnaar
van uw al. Ik kleur uw wangen roodzacht,
mijn glans is jurk, glijdende zijde daar
als uw oker zich onthult, luid gebaar
van u in het nieuws van mijn verlatenheid.
Ik laat mij door uw leden leiden, scheid
hemel van aarde, hel van ons zijn, lik
de tong van…
LAIS CCXCVI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 44 Fragiele stralen, noorderwind en schriel
de meeuwen krijsen boven 't stort. Nood brandt
in de magen der verdoemden, de kiel
maakt water, het zoute wordt vuur, het zand
verglijdt in de klemmende hand, de wand
stuurt leegte naar de andere wand, niets
houdt nog stand, het licht is van kant, iets
heeft in mij een pop van stro verbrand.
Ik wou je…
LAIS CCXCVII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 44 Door een veld van afgeknotte stengels,
bevroren aarde, lage zon, verblind,
verkleumd, de kraai crowd (ik breek in tengels)
mischief brokkelt af mijn woord, niets verbindt
mijn stelsel nog, eyes break, mijn huid vertint.
Airborne mijn lijf wordt flies files lifes go up
in designated lies, my name's a stub.
Mijn hand crumbles into code, mijn nood…
LAIS CCXCVIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 43 Ik wil schoonheid schoonheid laten raken
jouw wimpers langs mijn lippen, wang aan oog,
zacht, jouw lichaam zee, jouw lust mijn baken:
beweging is geen doel van een betoog.
Jij bent moment waarin het toen bewoog,
straal waarin het licht zichzelf betekent,
een stroom die in de stroom zichzelf herkent,
parel in de zin van jouw verlangen,
geheim…
LAIS CCXCIX
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 38 Ik ben de bodem die ik niet bereik.
Ik ben het vallen dieper nog in 't zwart.
Ik was een daad, maar smelt als sneeuw tot slijk.
Ik was een lijf, maar ben tot naam verhard.
Ik word gezegd, gezicht, mijn boek is hard.
Wij vinden slechts elkaar in ons bestaan.
Muziek heeft ons met liefde aangedaan,
wij zoeken dat wat nimmer ergens was.
Ik ben…
LAIS CCCI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 60 Jouw vingers de vlinders in mijn handen,
jouw gouden haar de stralen op mijn wang,
jouw armen omspeling van mijn wanden.
Een onuitroeibare pijn in de zang,
toen en nu, agonie die ik slaafs verlang.
Jij ziet wat jij weet, jij kent wat jij ziet,
ik zie wat ik voel en ik weet het niet.
Vóór dood het raam sluit op dit verlangen,
gun mij…
LAIS CCCIV
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 78 Opdoemend bevrijding der luchten ziet
de nacht, waarin 'k mij boven zee en land
verheffen kan, jou strelen met dit lied
van git dat in jouw kamer klatert en vlamt
en doeken zet in lichterlaaie, zand
van rotsen maakt, van tongen tentakels
met de kleefgreep van ware verzinsels
die mij gaar binden als sliert op een spoel.
En in de tuin van de nacht…
LAIS CCCV
netgedicht
4.0 met 3 stemmen 105 Sinds ik mijzelf in jou verloor, wen ik
snel aan elke weersverandering.
Voortdurend met geheim omhuld ben ik
alleen maar blij met wat verheldering,
want in dit zijn vind ik geen zekerheid.
Ik schrijf mij niet en jij niet jij en wij
lachen in dit plagendal elkaar voorbij.
Het eerste cijfer mijner ontstentenis,
jouw hemelstraal, gaat nu aan mij…
LAIS CCVII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 48 In de zoo van mijn verlangen heeft g*d
de tijd nu afgezet: het is erg stil.
Rozig ruist de hel. Ik kom niet tot
besluiten, weet niet langer wat ik wil.
Voel jij mij beter, dieper hoe ik tril?
Verhult jouw hand in mij de dromen?
Mijn lijf wil uit zijn grenzen komen,
vrijheid wordt er mij en haar ontnomen
en alles wuift vergeefs als hoge bomen…
LAIS CCCX
netgedicht
5.0 met 2 stemmen 59 Ik wurm als wormen door jouw tuinen al.
Ik wil verbranden in jouw dageraad.
Ik wil met jou naar 't einde van 't heelal
en jij verdoet mij zonder woord of daad?
Alsof je jou dan niet met mij verraadt?
Dit lied heb ik geheel voor ons bedacht,
ik schonk jou luister, lijfelijke pracht.
Er is geen wereld waar jij niet bestaat,
omdat jij alles doet…
LAIS CCCXI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 56 In ’t wit opgebroken schaduw was ik,
de fout gelopen wens om één te zijn,
gemarteld alleen tot de laatste snik
door zwaarlijvige hoeders van de pijn,
loeders die spuwen het schurft van hun zijn.
Ik was jouw zwarte zon die hen bescheen,
van aarde wenteling, tot jij verdween
en nu ik niets omhanden heb, jouw maan
zich oplost in de naam die ik…