Klei schemert door het wit
de weg langs
Rottum uit
De wind giert vlokken
in 't gezicht
De landarbeider voor
om haar te hoeden,
tornt en zwijgt
totdat zowat na zestig roeden
de vrouw opnieuw
haar weeën krijgt
Ver weg
ziet hij wel Warffum gloren,
maar
in Bethlehem
is 't Kind geboren.…
ik zeilde onbezonnen
langs 't riet en mijn voogdij
terwijl Rottum zich torende
toen het tij bij volle maan
het water roerde aan de lij
in 't gebed lag mijn Wad
op dieptes ongehoord
terwijl de hele vloot
mij najoeg tot in den dood
ik was de voogd
van het kwadrant
waarin het Wad
mijn jeugd had gedoogd…