Onze tongen versmolten met elkaar
daar op die triviale plek
raakte zij de gevoelige snaar
en het trilt nog steeds na
ook al tongt zij nu krek
als een zotte Pierlala
met mannen uit haar dromen
die surfen als de besten
die uit luchtkastelen komen
maar met dikke flappen strooien
terwijl ik volkomen buiten westen
om haar geest blijf schooien…
jij mijn rug overtrekt
met de wijsvinger
waar zenuwbanen geleiden
naar ruggenmerg van welzijn
jouw haren slepen mee over
oceanen van tranen zo zout
niets is ons bespaard gebleven
zelfs het goede leven dat wij
dronken als geperste druiven
zelfs nu Tantaluskwelling is
geland blijven wij overeind
krullend inelkaarsarmen
kusme.…