Vazig
netgedicht
Ik krioelde tenenkrommend
Verstomd over de leegte
Ik kon niezen, rollen, hijgen
Knijpen, grommen, tot ik brak
Ik was een vaas, mijn bloem was dood
Mijn water bruin
Mijn vel gebarsten
Ik stond bovenop een iets
-niemand kon het plaatsen-
En ik danste, speelde, zong
Werd haast woest om al mijn vreugde
Niemand zal mijn zijn ontnemen
Ik…