dagen korten
in het nachttij
van een dromendichter
sterven in de duinen
van het eigenzinnig hart
woorden staren
wangenbleek
naar het ongekende afscheid
waar ik de zilte vloed
in mijn zakdoek druk
zilverwit
sterven vleugels
door de stilte van een open zee
op vreemde vogels
schrijf ik blauw wat eenzaamheid is…
hier
is niet meer dan gebarentaal
hier spreken geen kletterende lippen
en hoef ik niet te aarzelen
om lief te hebben
het openen en strekken
als een wankele windgolf
waarin ik gedachten verf
stand houd
in het enige verhaal
dat er toe doet
het is hier
op deze dag
en geen andere
dat hoge lucht
me niet lager schreeuwt…
Mischien moet ik wel wat schrijven
over een rivier
die niet van de berg
naar de zee stroomt
maar van het dal
naar de berg stroomt
omdat iemand mij
geloof ik
niet gelooft
Dan zal ik wat schrijven
over mijn geloof
dat waait
en aait
zo zacht…