Ik zie ze graag
achtkanten genaamd
dat is hun nom de plume
lijfwachten van de stilte
hun bast lijkt op die
van herten voor de bronst
geheven hun gewei
kostbaar filigraan
in hun kruin
een wijde blik
een vergezicht
hecht in het gelid
contemplatief op wacht
honkvast als ze zijn
met het pittoreske
van de winter…
Thans ben ik bezopen en aangenaam verdoofd
en best contemplatief nu ik blijf sippen van mijn wijn.
Het is laat ik moet gaan slapen - van mijn verstand beroofd -
denk ik verrek, ik had een hooiwagen kunnen zijn.…