De wijde, heldre hemel
blonk rijk in elk verschiet,
waar 't fijnere gewemel
zijn glans een doortocht liet,
en luistervolle ronden
van gulden misten bonden
de stralen, die zij vonden
vervloeien door de boog.…
Zie hoe de lucht reeds dunt
en weer de doortocht gunt
aan 't licht, dat goudstof strooit
en om de wolkrand plooit
en nu de donder zwijgt
opnieuw ten wagen stijgt.
Hou tegen alle leed
het hart ten kamp gereed!
Al wat ooit de aarde gaf,
verslenste en viel weer af.…
Zie, hoe de lucht reeds dunt,
En weer de doortocht gunt
Aan 't licht, dat goudstof strooit
En om de wolkrand plooit,
En, na de donder zwijgt,
Opnieuw ten wagen stijgt.
Houd tegen alle leed
Het hart ten kamp gereed!
Al, wat ooit de aarde gaf,
Verslenste en viel weer af.…