De Maat
poëzie
Gij zijt de berg en gij zijt ook het grein,
Gij zijt de aardwoning en het hemelplein,
Gij zijt de vader en gij zijt het kind.
Ik heb mijn ogen die u zien, maar blind
Zie ik u ook: in mij het bloedgedein
Is zozeer u als de eindeloze trein
Van vormen, die nooit eindt en nooit begint.…