Ze vliegen altijd rond in Callantsoog
Een ieder vreest hier hun brutale bek
Op bakjes friet, het kind zijn zoete spek
Ze schieten graag met scherp, wie houdt het droog
Voortdurend op onze hoede voor hun kogels
Birdshit! wat moeten we toch met al die vogels?…
Verdwenen is zijn klaterende lach
De grapjes en de brede armgebaren
Het land dat was een klus die ging hij klaren
Helaas regeren blijkt vandaag de dag
Een beetje links en rechts wat lopen schooien
En het daarmee op een akkoordje gooien.…
ziehier het leven
van Drimbel en kater
geschift en geperst
twee druppels in ‘t water
de bruggen, de wegen, kroegen en stegen
overal rotzooi en altijd weer die regen
verdomd het is waar, zuiver en klaar
mijn kater en ik zijn beiden halfgaar
van ’t vreten uit blik, ’t schooien op straat
het licht was mooi maar kwam te laat
ziedaar het…
Onze tongen versmolten met elkaar
daar op die triviale plek
raakte zij de gevoelige snaar
en het trilt nog steeds na
ook al tongt zij nu krek
als een zotte Pierlala
met mannen uit haar dromen
die surfen als de besten
die uit luchtkastelen komen
maar met dikke flappen strooien
terwijl ik volkomen buiten westen
om haar geest blijf schooien…
Poes ben ik
stoer en dik
alles zie ik en ruik
eten achter elk kattenluik
ik struin en ik schooi
vogels, een muis als prooi
jaag, beslis of ik vecht of vlucht
of ik kijk naar de wolken in de lucht.…
mijn hond vier poten op de grond
een kant kop en anders wel 'n kont
scheten rennen harten stelen
in nesten zitten of de stront
mijn hond zwiepstaartend in het rond
oren wapperen eet zich rond
graven jagen prooien stelen
vindt schooien blaffen heel gezond
mijn hond staart vreten uit mijn mond
kijkers stralen mijn hart gewond
voorrang op…
Ze waggelden naar het terras
en bleven voor de tuindeur staan,
keken me vrijmoedig aan
en gingen kwakend aan het schooien
om toch vooral wat voer te strooien.
Het deed mijn weemoed dra ontdooien,
ik gaf ze brood met gulle hand
en mijn hart ging sneller want,
De lente is hier aangeland!…
Hoe is het mogelijk dat ik mijn tijd
aan schooien wil spenderen, terwijl
er van de stad in een twee drie
te leren valt dat de berg zand er is
omdat de put er komt. Het is een feit
dat alles nodig is, ook wat al jaren
smeekt om te verdwijnen.…