angst vreet de appels
uit de kruinen van mijn dag
mijn nekharen overeind hijgend
en wolken volgen zijn hand
ze leggen zich vlokkend neder
op de vensterbank van mijn ogen
het onbekende staart me
recht in het verbleekte gezicht
zijn ogen zijn zo donker
dat ik niets kan dan tasten
en mijn gedachten vallen
in een heelal van een…
Gisteren waarde zij in de bergen rond
met haar kin gleed zij over richels
met haar neus kietelde ze de bomen
en elk oog volgde, voor zover mogelijk
beek en stroom naar hun oorsprong terug
Glimmend liet haar voorhoofd bijwijlen
de bergen in tweevoud aanwezig schijnen
en waar haar zwetend aangezicht
wat al te morsig was geweest
liet zij haar nekhaar…
Er is een probleem dat we diep of betrekkelijk delen
wintertraag spelen en spinnen
vlassige nekharen een web
van rusteloosheid, onvoorspelbaarheid
geen winterslaap
bevroren zee in het schilderij
mijn jas wappert
mijn compagnon heeft het koud en ik ben ziek
blind en doof trekken we voort
de winter door
waarvan het begin
net zo vaag…