oude schermutselingen
ik weet er wel weg mee
ik snijd plakjes van de wolken
en bak ze langzaam om en om
het suddert en sist in de pan
totdat ze langzaam smoren
niet gevallen regen
ijle mist
ik snipper een sjalotje
een steelpan vol tranen
branden achter mijn ogen
oude schermutselingen smelten
als hete stroop
boven mezelf stijg…
vleugje van witte zoete jasmijn,
plaagt en prikkelt het intens verlangen naar
een tere, zachte, zoet geurende jonge huid,
terwijl de witte Poolster glanst en blinkt,
ach, de Poolster, ze is klein, zo onopvallend,
maar ze bepaalt nadrukkelijk het noorden,
ze blikt triomfantelijk vanuit dit firmament,
en lacht stilletjes om die onbeholpen steelpan…