Korzelige grijsmannen.
Voor, Tijdens en Na de oorlog.
Elke zin aangevangen.
Diep in het verhaal.
Het eindeloos vrorige weleer
Morssporen in dur lui pantalonzomen.
Kruimels van pijnleugens en tabak.
Aandacht van een kind.
Zuigend aan hun duim.
Wat zij kunnen kan ieder kind.
Na veertig jaar muteren denkbeelden.
Empathische waanbeelden…
De nachtwind streelde het waterdak.
Gelijk een kam het kroos strijkt.
Strak.
Het oog verrijkt.
De donkergroene en zwarte vullingpracht
Van deze natte bosbonbon
Verhult zilverkleurige larven van de nacht.
Het maanlicht spiekte door het wolkendek.
Zoals een knipoog de weg verkort.
De waterspiegel lekte verrast, wat gek.
De oever van de zomer…