Naast jouw hart, raast het mijne
Jij voelt mijn warmte, ik hou je stevig vast
In onze ogen lezen we het reine
Waarom komt dan het moment
Van onbegrip en ogen koud
Een eenheid niet erkend
Hoe komen wij er toch samen uit
Dat waar twee zielen samensmelten
Dit immer op weerstand stuit…
De reflectie van wuivende palmen
In het glad blauwe wateroppervlak
Zingende myna's die in mijn oren galmen
En de dag die voortkabbelt, met groots gemak
Kon ik maar altijd verblijven
In dit tropisch paradijs
Op de geuren van leelawadee wegdrijven
Ver ver weg van het wintergrijs…