Er was geen man bij
Ik lag zij aan zij
met haar onder donzen dekens
We rookten sigaretjes
en deden aan schietgebedjes
Het was zoals jij bent
of zoals jij haar kent
Allebei bij de tijd
Strak in het lijf
Gek op gekkigheid
Haar benen waren wielen
Haar willen was haar kracht
Ik lag in de nacht
Voelde mij een kind zo klein
om zo dicht bij…
Ik heb geen kennis van goed of kwaad
of van liefde en haat
Bij jou schaam ik mij niet
al ben ik naakt
Wij zijn het hoogste lied
dat niet mag bestaan
want ik weet wel
ik mag niet van je eten
Ik was het even vergeten…