Als ik de radio afzet
wordt in de keuken de
stilte zowat vloeibaar.
Stiller nog dan buiten,
je hoort de wind niet
noch vogels fluiten.
Ik sta omzwachteld
met de grote stilte één.…
Ik vind troost bij het
kijken naar kauwen, zoals
ze uit het niets in zwermen
komen aanvliegen boven
verlaten velden.
En bij het vallen
van de avond neerstrijken
in een rij bomen om daar
de nacht door te brengen.
Uit de kruinen klatert
hun kakofonie.…
In de mis klinkt het orgel als vanouds,
de liederen zijn al even vertrouwd.
De pastor bidt voor, maar de zielen
in de banken zijn leeg en oud.
Ze geven nog slechts een zwak signaal.
Het klinkt alsof het half van buiten komt,
waar het ongeloof zich danig roert,
en ook het dorp heeft doen keren.
Een teken kregen ze niet van boven
tijdens…
Soms vraag ik aan de nachtelijke hemel
wat mij dwarszit overdag. Richt ik mij
teveel op de verkeerde dingen of kan ik
beter helemaal opnieuw beginnen.
Ik kan u niet om wijsheid vragen,
u bezit geen werkelijke macht.
Een verzameling zwarte gaten,
zonder sterren bent u niets. Ik
zou uw duisternis niet verdragen.
Bij gebrek aan beter smeek…
Op deze witte muren druipt geen ander vocht
dan van de witkwast, oh, zo zuiver.
Ik houd van smetteloze muren, waarop
geen nostalgie kan schuren.
Er is al zoveel ongans en weerbarst,
opsmuk en tegenspraak, zoveel
hangplaats ook van halfgoden.
Nee, ik zal niet gauw verzuren
tussen maagdelijke muren.…
De zwenkwielen van mijn stoel
zijn soepeler dan mijn geest.
Ik draai ongemakkelijk mee.
Je zou wensen dat je geest
fier in het midden stokstijf
stand zou houden bij het
maken van een pirouette en, wat
tegendraads, geneigd zou zijn
de andere kant op te gaan.
Maar nee hoor, hij zwiert
net zo hard mee. Ziedaar
een bewijs dat lichaam en…