Over de donkere velden in mijn geest
loopt een man met dichtgeknepen ogen
in een storm van zand
Zijn gezicht rood en verbrand
In de verte ziet hij het zoveelste licht
vijf zonnestralen op zijn gezicht
Ogen verblind door zand en felle straling
wat ontneemt hem zijn openbaring?
Verward vraagt hij zich af
hoe ben ik hier beland?
en steekt zijn…
Ze waren slim, deden dom
Weinig mocht en alles kon
Niks verloren
Liegt het geraamte
De zwarte zon, mijn schaamte
Nee geen engeltjes
Magere Hein
Zit op schouders van bengeltjes
Roept mijn naam
Krassend geluid
Huid voor faam
In stilte schreeuw ik het uit
Je was hier eerder, altijd geweest
Het stroomt, blijft kleven
Daar stonden wij in…