In een dwaalleer kunnen geloven,
iets waarvan ik aan de boemel raak.
Als een oude hommel
overmoedig op vergeet-me-nietjes aanvliegen
In de gouden strofe van mijn vlucht
het geheim van de dood opbassende,
verwar mij alsjeblieft met de zon,
chrysanten,
huiselijke margrietjes,
opengesperde paardenbloemen.
Deze opgeblazen droom
komt in…
In de vervaagde, municipale binnentuinen
ontwaken 's nachts de kersenbomen.
Een roezende conciƫrge beent rond.
Nachtvlinders pruttelen er zacht
tegen een peertje, balkon driehoog.
Geluid, hij kijkt op. Naakt als een asperge
puilt ze uit het groen velours. Ze lacht.
Even licht zijn waakvlam en de klimop
van zinloze brieven die de wind
vroeger…