Mijn leven vloot als ijle mist,
In onvervuld verlangen;
Die naar tonijnen heeft gevist
Vermocht slechts bot te vangen.
---------------------------------------------------
uit: Heer, bewaar de kattenmepper (1983)…
De najaarslucht is van gehinnik zwanger:
Daar komt de Sint weer in zijn soepgewaad.
Zijn lange baard wordt alle jaren langer,
Die sleept vandaag of morgen over straat.
Want geen van zijn dienstwillige consorten
Verstout zich het gevaarte in te korten,
Behalve als de schimmel er op staat.…
De koek is op. De muisjes zijn bevroren.
De boter ligt onneembaar in de vloot.
Ik poog vergeefs een huivering te smoren:
april betoont zich wreder dan begroot.
Toch eet ik dankbaar mijn genadebrood
en ben ik blij dat ik het ochtendgloren
weer mag aanschouwen, en de buurthaan horen,
en dat ik tot bestaan ben uitverkoren:
een ander is zijn hele…
De koe schenkt ons uitsluitend melk,
Hetwelk op treffend inzicht wijst,
Daar voor het schenken van rosé
Een B-vergunning is vereist.
------------------------------
uit: 'De Tweede Ronde' (1981)…