In de herfst van je leven
doe je warme schoenen aan
en een stevige jas
tegen het guur
Je trekt nog eenmaal
een beschutting op
in oude woorden
om vroegere dromen
Zilverwit blad dwarrelt
oneindig langzaam
maar onvermijdelijk
naar de koude harde grond
Je merkt de zachte
landing op
en beseft
dat in berusting
waarheid wordt gevonden…
Alles ruikt naar chocola
de pepermunt is voor na achten
die mevrouw van nummer 112
steekt een stukje puur
tussen haar kunsttanden, haar
lippen donkerbruin
zelfs de donshaartjes op
haar bovenlip kleven zoetgeurend
aan elkaar als ware het een gel
die een breekbaar gezicht
bij elkaar houdt
Ze likt haar lippen, de
mondhoeken krullen
alles…