Met de snelheid van licht
overdonderd
slaat hij in een zwarte dag
Maar ik open deur en
van violengeuren
En achter een ieder
Een zonnelach
Dus beklim ik mijn berg verscholen
Achter nevelige mist
En stort me in pieken en dalen
Als een ware alpinist
dan wordt ik wakker verwarmd
Door het morgenrood
In staat van euforie
Overspoeld door geluk…
Op de golven van mijn kloppend hart
Vaart de angst van onwetendheid.
Het zicht belemmerd door schemer
Wanneer ik mijn levenspad doorloop.
Niets is zeker
En in de onzekerheid van het niets
Wacht ik in het onbekende
Als een waakzame uil
Op een gebroken tak.…