biografie: Hein Boeken
1861 - 1933
[Amsterdam 1861 – 1933]
Hendrik Jan Boeken studeerde – samen met de twee jaar oudere Willem Kloos - klassieke letteren in Amsterdam, waar hij promoveerde. Vervolgens werd hij docent klassieke talen en directeur van de Brinioschool in Hilversum.
Onder tragische omstandigheden verloor hij zijn echtgenote, waarna hij zich aan zijn studie en vriendenkring wijdde.
Hij debuteerde in De Nieuwe Gids in 1887; vanaf 1895 tot aan zijn dood behoorde hij tot de redactie. Hij was goed bevriend met Willem Kloos, voor wie hij veel betekend heeft.
De auteur stond bekend om zijn hulpvaardigheid en ontvankelijke geest. Hij was populair als gelegenheidsdichter die voor een feest graag een sonnet dichtte.
Hij beheerste een achttal talen waaronder Grieks, Latijn, Italiaans, Zweeds en Russisch.
Het meeste van zijn eigen werk, dat de geest van de Oudheid had, is verouderd.
Werk:
- Goden en menschen (1895)
- De historie van Floris en Blanchefloer (1898)
- Adnotationes ad Apuleii Metamorphoseon Lib. XI (1899) (dissertatie)
- Lucius Apulejus' `Herscheppinge of de Gouden ezel' (1901)
- Aan mijne vrouw (1902)
- Helena (1902)
- Dante's hel, in proza overgebracht en met een inleiding voorzien (1906)
- Dante's louteringsberg, in proza overgebracht en met een inleiding voorzien (1908)
- Dante. Het paradijs, in proza overgebracht en met een inleiding en aanteekeningen voorzien (1908)
- Giosue Carducci (1908)
- Frédéric Mistral (1910)
- Verzen (1920)
- Thoukudides' Navorschingen (samen met H. Boissevain, 1908-1924)
Inzendingen van deze schrijver
35 resultaten.MAART
poëzie
3.0 met 19 stemmen
6.492 Des daags scheen ’t helle licht uit ’t volop-blauw
En flikkerde op het water, en de stenen
Van huizen en straten waren wit beschenen
En grijs bestrepeld met der takken schauw,
En in de ganse stad waren door-énen
De warmte en schaduw, ’t zonne-licht en kou,
En waar de warmte lag in de ...
O DOOI-WIND
poëzie
3.2 met 16 stemmen
4.494 O dooi-wind, dooi-wind, dooi, o wind, o dooi!
Gij die van ’t zuiden aanvliegt, maak, o maak
Dat al, wat stokte, weer op gang geraak’,
Dat al wat dor is, word’ weer mooi!
- Ik ruik de geur alreê van gras en hooi
Uit gras en zooi – en dat weer ’t al ontwaak
Tot nieuwe muziek en zang...
Herfst
poëzie
2.7 met 21 stemmen
4.875 En in de lucht des vochte ochtends hangen
De laatste dunne blaad'ren van het jaar,
Als in het zwarte takkennet gevangen,
Met fijne glans van kleuren naast elkaar.
Zo louterde de pracht zich van de lange
En luide lichttijd en de brede schaar
Van groengedoste bomen, tot die bange
En t...
Een stad
poëzie
3.4 met 8 stemmen
3.195 Zoals men, gaande door een lange straat,
(Die, somtijds zich verbredend tot een plein,
Of soms ophoudend, waar de bruggen zijn,
Van dit eind van de straat naar 't ander gaat)
Zo bont des 's avonds in helle schijn,
Die van het winkel-licht naar buiten slaat,
Elk mense-popje ziet, dat gaat o...
Tot de zonne-stralen
poëzie
3.3 met 7 stemmen
3.674 Die gevel-toppen gunt uw zachte schijnen,
Die eeuwig weer in ons te wekken lust,
Der schoonheid pelgrims, de eeuwige trekkens-lust,
Zon-stralen, gij, 't zij, waar in de woestijnen
Of land-, of zeeë-vlakten en eindloos deinen,
Uw rustloos licht op lege leegten rust,
't Zij gij de heilige k...
Oktober
poëzie
2.7 met 74 stemmen
9.613 O luchten-goud, o groen van 't woud, o verven,
Die, in een laatste opglooiing van de aard,
Van al het schoonst des zomers, lang gegaard,
Een tooi hem toverdet, tot zacht versterven,
Wat was mij nu nog al uw licht-schijn waard,
Nu ik die teerste aanwezigheid moest derven?
Hoe taandet ge al, ...
O woordjes mijn...
poëzie
3.9 met 7 stemmen
3.971 O woordjes mijn, wat moet 'k u dankbaar zijn!
Waar zijt gij toch, waar komt gij toch vandaan?
Gij kunt altijd mijn heerlijkheid verstaan,
Veel beter dan ik denken kan in mijn
Klein geestje: kom, laat ik u bidden aan,
Want telkens als ik bidden durf: verschijn!
Komt gij rondom me als vlinder...
Een stad
poëzie
3.7 met 17 stemmen
4.225 Schoon is 't geslacht der mensen, daar ze lopen,
Hoge gestalten door de straten voort,
En vrouwen dalen naar de brede boord
Van de rivier in 't midden, dompel dopen
De kannen in het water, hel omdropen
Van 't schitterende vocht, - een enkel woord
Wordt helper-v...
brieven aan ene onbekende I
poëzie
2.7 met 11 stemmen
3.451 De verre wind, die over de aarde ruist,
Het smachtend ritslen fluisterend door de blaren
Die van geen zwijgen weten of bedaren,
Daar ene ziel, begerend, in hen huist,-
Hoe wordt dit één op ééns met wat er huist,
Diep in mijn ziel: begeerte om op te varen,
De vlakten ver, verschieten te o...
Voor mijn 63ste verjaardag - 2 dec. 1924
poëzie
3.9 met 32 stemmen
7.590 Geen klacht om 't vlieden van de snelle jaren
Noch zelfs om 't naderen van de zwarte dood.
Zo min als, stralend goud door gouden blaêren,
De zon treurt, daar zij zinkt in 't gloeiend rood.
Slechts Éne weet, daar andren op mij staren,
Meelijdend, met mijn eenzaamheid en nood,
Slechts Én...
Late herfst
poëzie
2.3 met 17 stemmen
3.496 Geel is het blad, geel zijn de lichte bladeren,
Ver is de lucht, - 'k durf haast niet dat ik 't zeg -
Niet blauw, niet wit, wèl licht, - het snelle raderen
Van waagnen hoor 'k op blad-bestrooide weg.
Maar angstig is mijn hart, want in mijn aderen
Voel 'k 't leven leven, wetend dat ik we...
O DURIGE EREDIENST
poëzie
4.0 met 1 stemmen
483 0 durige eredienst van kleine plichten
Gepleegd naar 't levend voorschrift van de drang
Van mijn verlangend hart, waar dag niet lang
Nacht veel te kort voor valt, kon 'k in 't verrichten
Op dat denkbeeldig altaar, waar als lichten
Uwe ogen zijn, mijn zielsnood stijgt als zang
Van al ...
Interview
poëzie
4.0 met 1 stemmen
948 Een interview? Waartoe? 'k Beeld nu al jaren,
— En 't laatst wel 't meest en nooit zo ongestoord —
In rijm, onrijm, met 't uitgezochtste woord
De stemmingen, die door mij henen varen;
En al de beelden grijp ik bij de haren,
Die 'k kan verpraaien van mijn kapersboord,
En ook begint — on...
Herfst
poëzie
4.5 met 2 stemmen
544 En in de lucht des vochten uchtends hangen
De laatste dunne blaad'ren van het jaar,
Als in het zwarte takkennet gevangen,
Met fijne glans van kleuren naast elkaar.
Zo louterde de pracht zich van de lange
En luide lichttijd en de brede schaar
Van groengedoste bomen, tot die bange
...
REIZEN
poëzie
3.0 met 2 stemmen
703 Ligt aan de tint des gronds verscheiden verve,
Hangt aan het licht der zon verscheiden aard
Der mensen? Dán, o laat mij, laat mij zwerven,
O laat mij dolen, dolen Oost-, West-waart.
Hoe zoude ik in dit eenzaam kluisken derven.
Kennis dier allen, die in weelde-gaard'
Of woestenij van stad of...
FEBRUARI-MORGEN IN 'T WOUD.
poëzie
3.0 met 2 stemmen
1.646 Wat macht'ge dromer en al-muzikant
En beelder heeft zijn tent weer opgeslagen
En weer betrokken na de winter-dagen?
Of sliep hij toen ook op het barre zand
En in 't nat loof, door koude onaangerand
Of vocht, hij, die het alles kon verdragen:
De koele hoogt', de felle wanhoops-vlagen
Der Onb...
DE BLOEIENDE BOOMGAARDEN.
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.239 Bij maan-nacht zouden zij te samen komen
De dag valt lang voor wie de liefste wacht.
Ten akker trok al 't volk. Schoon haar de wacht
Op 't haard-vuur werd vertrouwd order de vrome
Schaduw der schouw en 't maal, wat zou zij schromen?
Is 't niet of nu reeds haar wat wonders wacht
Order het...
DE OUDE ZIJDE.
poëzie
3.0 met 5 stemmen
814 Wij zitten hier zo licht, mijn vriend, en kijken
Over de tijden heen en deze stad
In het gezicht van die kerk, die zij had
In 't vorig g'loof en oer-staat, die moest wijken
Met met 't getij der tijden, dat 't ging lijken
Een sprookje, een geur wel, die vervloog, gevat
In dat relieken-doosje,...
VOOR MIJNE 63ste VERJAARDAG 2 dec. 1924
poëzie
4.5 met 2 stemmen
1.183 Nachtegalen
poëzie
3.0 met 2 stemmen
1.209 Ik leef in nacht, maar mane-schijn is buiten,
Die leeft in twinkelende vooglen-slag,
Ik zie hem schijnen door de onzichtbre ruiten,
Ik wacht, maar ik verlang niet naar de dag
Ondergedompeld wezend ganslijk, ach!
In dit zwart meer, o liefelijk geluid en
Wat uit zwart donkre spiegel òp ...
0 AARDE.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
711 O Aarde, Aarde, die in donkre schoot
Het goud bergt en het licht der edelstenen
En 't erts, zo star, èn... de ogen draagt, die wenen
En lachen om wit, ach! hun staag ontvlood,
Boven 't dra welkend lip- en wangen-rood;
Die op uw vlak, van zon dóór wolk beschenen,
Als ogen lachen ...
Sterven
poëzie
3.5 met 2 stemmen
1.005 Wat machtige deining hief het teer lichaam
En deed het weer in wilde branding zinken ?
Wat verre wind deed kreet na kreet verklinken,
Alsof die over wilde golven kwaam ?
Was het een klacht, een vraag, een lieve naam
Uit lief verleden in een plots herdenken ?
't Scheen al zo ver : wij wilde...
HERFST
poëzie
3.0 met 2 stemmen
1.089 Weer buitlen wij de donkre dagen binnen
Als winter alle licht verholen houdt,
Nu herfst haar wanden heft van louter goud,
Die schragen 't donkrend welfsel en de tinnen
Des tempels, waar z'haar nachtdienst gaat beginnen,
Waarop, daar elk de luchter brandend houdt,
Door duizend duizenden wordt...
BLOEMEN-TENTOONSTELLING IN DE HAARLEMMERHOUT.
poëzie
3.5 met 2 stemmen
1.023 Wat tronen opgericht — en geen vorstinnen!
Hoe heffen zwarte stammen 't dak omhoog
Van baldakijn of luchten glorie-boog,
Hoe wijken hier bossaadjen tot beminnen
Verlokkend, zoden om de dans te ontginnen
Van reien, daar zich licht-gewiekt bewoog
De voet, die droeg de schoonste bloem omhoog...
Geloven
poëzie
4.0 met 1 stemmen
772 Wanneer ik nu in de oude bladen lees
En zie het wonder beeld-werk van die tijden,
Die nog voor 't heil-begerig oog belijden
Een geloven, dat hoog boven werelds vrees
En hel en dood en wat het meeste dees
Tijden onteert: kil onverschillig lijden
Van weedom, hief tot 't hoogste heil verbeide...
NARCISSUS OF WATER-SPIEGELING IN AMSTERDAM
poëzie
3.3 met 9 stemmen
1.624 Waar water is, wordt alles opgetild.
0 zie die waatren eens rechtlijnig schieten
De brug door tot zo welige verschieten
Dat graft-laan lijken gaat een woud-laan mild
En midde' in stad als eenzame woud-stilt'.
Wat zo de leste wolkjes daarin lieten
Voor donkre diept' haar leste blos verschieten
...
Afscheid
poëzie
3.0 met 5 stemmen
1.467 'k Heb afscheid van het leven nu genomen.
Ik wist het ogenblik dat zon en maan
Tezamen langs de hemel zouden gaan
En alles ging als ik m' had voorgenomen.
Nooit bloosde 't licht zo ernstig achter bomen,
Zo helder gaf nooit alles te verstaan
Hoe het voor andren ging weer open gaan —
En ...
Tot de gesluierde zomer
poëzie
4.0 met 2 stemmen
1.436 Wat wilt ge, o Zomer, 't aanzicht niet ontbloten,
Maar schuilt en houdt de sluier voor die ogen,
Die ons te aanschouwen nimmer nog verdroten,
Hoe vaak ook hun beloften ons bedrogen.
En schoon ook soms die plooien het gedogen
Dat onze blikken langs uw leden schoten,
Wat troostten ze ogen, di...
INTERVIEW
poëzie
4.2 met 5 stemmen
1.324 Een interview? Waartoe? 'k Beeld nu al jaren,
— En 't laatst wel 't meest en nooit zo ongestoord -
In rijm, onrijm, met 't uitgezochtste woord
De stemmingen, die door mij henen varen;
En al de beelden grijp ik bij de haren,
Die 'k kan verpraaien van mijn kapersboord,
En ook begint —...
Verboden toegang
poëzie
3.1 met 9 stemmen
2.816 (Tot de Woud-bezitters tussen Hilversum en 's Gravenland.)
Waartoe toch dat verbod? Wat zoude ik stelen?
O alles, alles, wat mijn hart begeert.
Hier vond ik vette kost, waarmee geneert
Mijn nooddruft zich. En 'k zoude ervan uitdelen.
Ik zoude 't maken tot een spel voor velen,
Uw schat, ...
Meer van deze schrijver...