biografie: Peter Ghyssaert
Peter Ghyssaert [Wilrijk 1966 - ....] |
Ghyssaert debuteerde in 1991 met de dichtbundel Honingtuin en werd voor Cameo bekroond met de poëzieprijs van De Vlaamse Gids.Vlaams dichter en musicus (Wilrijk, Antwerpen 3.1.1966). Ghyssaert studeerde viool en piano aan de conservatoria van Brussel en Antwerpen. Hij werkt als beroepsmuzikant en geeft muzieklessen. Vanaf 1990 begon hij poëzie te publiceren in tal van tijdschriften in Nederland en Vlaanderen, zoals Hollands Maandblad, Maatstaf, De Revisor, Tirade, Dietsche Warande & Belfort, Nieuw Wereldtijdschrift en De Vlaamse Gids. In 1991 verzamelde hij zijn gedichten in Honingtuin, een bundel die als zijn debuut kan gelden. In 1993 volgde de bundel Cameo, die bekroond werd met de Poëzieprijs van De Vlaamse Gids en de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs in 1995. Doorgaans wordt de poëzie van Ghyssaert geplaatst in de traditie van het estheticisme en de decadentie, zoals die in het fin de siècle gestalte kreeg. Zijn gedichten hebben iets kunstmatigs, maar zonder dat ze daardoor aan natuurlijkheid verliezen. Zijn thematiek is de voornaamste reden om hem decadent te noemen. In zijn gedichten is een obsessieve aandacht voor dood en verval waar te nemen. In de werkelijkheid ziet hij vooral aftakeling, degeneratie en het zieke. Het beschrijven daarvan heeft bij hem een bezwerend karakter. Werk:- Honingtuin (1991)
- Cameo (1993)
- Sneeuwboekhouding (1995)
- Jubileum en andere gedichten (1997)
- De zuigeling van Sint-Petersburg (2001)
|
Inzendingen van deze schrijver
15 resultaten.Léman
gedicht
4.0 met 1 stemmen
3.726 Op zondagmiddag, aan de kade van een glasgroen, Zwitsers meer:
het zonlicht als een vijl, de wandelaars spits en schitterend en dui-
ven, imbeciel, altijd verdwaald in kluwens, maar te lui voor angst. Er
dalen trapjes naar het water, lichaam drinkend van zichzelf. Een
kind staat in damp gekleed....
Oude mannen in korte broeken
gedicht
3.4 met 20 stemmen
11.665 Ze wandelen heel gemoedelijk voorbij,
hun seizoen is een apart seizoen.
Ze hebben geen behoefte aan een wandelstok,
ze gaan met een reserve aan kracht
begonnen in de de winters van hun jeugd.
En als ze stilstaan om naar iets te kijken
staan ze zonder beven stil;
de zon maakt van hun oude, m...
Het museum van zoet en brak water
gedicht
3.1 met 26 stemmen
10.596 Vitrines vol met tranen;
kasteelvijvers en zoete vennen
in zaal drie.
Nauwelijks voelbaar schuift
branding onder het parket;
uit verstuivers drijft de zeemist
De Afrikaanse waterval
schuimt in een meubel van mahoniehout;
weer bij de uitgang koopt men
washandjes en de brochure
'Gesch...
Marine
gedicht
2.6 met 25 stemmen
12.013 De avond tingelt als een theehuisje aan de horizon; maar de stormen
daarachter, het versplinteren van hout en de wrakken die elkaar
angstig opduwen in de haven.
Kom wij maken een wandeling langs dit troebele water vol wier dat
zinkt als lood; nu erven wij een rust die van de hele aarde schijnt...
Jachttafereel
gedicht
2.8 met 27 stemmen
12.614 Toen de fazanten aangeschoten werden
juichten zij en vielen
en de hoge hemel
erfde van hun bloed de schijn
en de plassen waar zij spartelden
kregen rimpels van de pijn.
----------------------------------
Uit: 'Sneeuwboekhouding', 1995.
Levensverhaal
gedicht
3.3 met 863 stemmen
117.683 Toen hij geboren was begon het al:
zijn moeder had de bijsluiter verloren.
Nooit wist hij waartoe dit
of dat dienen moest. Hoewel
hij toch kon raden
liep het steeds verkeerd.
Zijn vrienden durfde hij niet vragen:
in hun jeugd hadden die goed
hun eigen voorschriften gelezen
en die toen v...
De spinnen
gedicht
3.8 met 4 stemmen
2.978 Sjaals van zilver zijn de webben
in de rododendrons waar de spinnen
ateliers en woonplaats hebben;
langs de uitgebloeide bollen
hangt het franje van hun werk;
als het warme waaien in
de holtes van een struik, zo is
het weven ingewikkeld voor
de domme prooien die hun lijf
en vleugels op d...
Opa
gedicht
4.0 met 2 stemmen
3.841 Opa is duizendjarig
en van glas, lijkt het.
Stoot je hem aan, dan begint er
een fijn koperen mechaniek te zingen
in zijn borst: ik heb het warm,
te koud, zit op de tocht.
Zijn eigen handen
zijn een vale nevel voor zijn ogen.
Hij denkt dat bomen brancadiers zijn
- 's winters wit, altijd ...
Oude mannen in korte broeken
gedicht
3.0 met 2 stemmen
3.909 Ze wandelen heel gemoedelijk voorbij,
hun seizoen is een apart seizoen.
Ze hebben geen behoefte aan een wandelstok,
ze gaan met een reserve aan kracht
begonnen in de winters van hun jeugd.
En als ze stilstaan om naar iets te kijken
staan ze zonder beven stil;
de zon maakt van hun oude, mont...
Museum
gedicht
2.9 met 14 stemmen
7.505 Iets van grote zeggingskracht
was op de muur geklonken. Een metalen
stem, verfrommeld van ontroering,
legde uit.
De gouden kamer uit vervlogen tijden
lag één verdieping hoger. Banen glanzend
in het stof getrokken wezen
eerder nagebootste ontucht aan.
Vervormend was de hitte van voltooi...
Het wonderkind
gedicht
2.5 met 12 stemmen
6.476 Van doden kende hij de naam,
hij noemde die en maakte hem opmerkzaam
op zijn bestaan.
Hij sprak soms uren met de grond.
Zijn ouders lazen hem uit sprookjesboeken voor.
Hij schreeuwde naar de maan, hij sloeg
zijn vuist stuk op de muur;
het hielp niets:
ze trokken met miljoenen handen
...
Kind in de storm
gedicht
3.7 met 24 stemmen
11.366 Ze heeft een regendruppel in haar hand,
een klein gezicht
maar slecht gemaakt. Ze wrijft hem droog.
Het waait onder haar vliesdun kleed;
ze vangt, verkleumd, een nieuw gezicht
en spreekt ertegen: lief
is klein en klein is
overboord voorgoed verloren.
Wat ze heeft dat mag ze houden:
mage...
Elegie
gedicht
2.3 met 16 stemmen
11.174 In de schaduw van de avond kwamen dan twee
die vertelden dat zijn vader op sterven lag; hij volgde
hen gedwee. Het licht was vreemd; een tere
groene schijn was in de hemel en stilte regeerde
boven twee die aangenaam verdoofd waren,
hun mededeling ver van hen gedragen en gelost -
en een in wie...
Eiken
gedicht
2.8 met 20 stemmen
8.460 Eiken zijn de bomen van het dies irae*);
als de grond breekt zullen zij,
over het land gezaaiden, toekijken
met een oud, houten gezicht
dat onbewogen blijft:
te veel stormwind is in
hun taaie takkenkroon verstard;
zij zijn niet meer verstoord
door groei, dat eeuwenoud tumult
en in hun st...
Het skelet
gedicht
3.2 met 47 stemmen
13.679 Hier zijn de duigen van een leven,
aangetast door vuil en kou;
een roes van bloed en spieren,
vliezen die als schalen
hersens droegen en
hun idealen, zijn verdwenen
in de grond.
Tuig waarin de tocht een liedje fluit;
koets van been onder de zoden
vastgereden, ooit geledigd
en vernietigd...