Zo vervliegt een leven
als een pluizenbol in de
wind. Als een windekind
heel jong nog die door
een onstuimigheid wordt
verblind. Die zijn levens-
dagen nog niet moe is;
en aan het verpluizen nog
niet toe is. Fris zijn
positie afperkt tussen
alle paardenbloemen en
de andere wildgroei in
het veld.…
zij speelde kleuren
danste muziek
zong sterren van
de hemel maar
mij kende ze niet
ze was die
pluizenbol tussen
opgeschoten bloemen
ravottte op de hei
de hele dag dolblij
wij keken naar
elkaar deelden
een omgeving
er was goed voelen
zonder enige beleving
wij een beweging
eten en weer gaan
maar echt vertrouwelijk
nooit liet…
de lente
klapte
nog maar
nauwelijks open
en zie
mijn kind
daar staan
alweer
in graskant
en op weiland
zo luchtig
zo doorzichtig
pluizenbollen
breekbaar
teer
kom mee
mijn kind
kom
blazen
pluisjes
in de wind…
Zoverre men ziet
boterbloemen bij de vleet
een zilverreiger
knobbelganzen bij een plas
irissen uitdagend geel
een bank in de zon
een wandelpad afgezoomd
met lijsterbessen
vogelwikke grote muur
smalle weegbree pluizenbol…
schrijven met
het hart van
een kind met
in mijn
volgroeide hand
een pen
bloeien als
een roze
pluizenbol al
is het maar
voor een dag
of drie
denken als
een vogel met
iele pootjes
zonder grond
vele hemels
verder vliegen
naar boven
kijken het
jonge leven
blazen in
mijn kloppend
oude hart
wat ik wil…
jij pluizenbol
een handvol zwart
dat verenschuddend fluit
af en toe het nest af duikt
in woeste lentevluchten
kijkt me aan uit groen
dat pas ontloken is
vliegt en flitst naar
prooien die zich levend
plooien in jouw bek
je schaart de wind
knipt in lucht je vleugels uit
probeert een steile klim
hoogte zit er nog niet in en
duikelt…
Grote mensen zijn vergeten
waarom wolken vlinders waren
witte vleugels aan de hemel
fladderend in zomerzon
waarom de wind ze had gemaakt
tot ze als sprookjes over dreven
waarom wind ze had gemaakt
zoals een kind ze had getekend
Met een pluizenbol, een zilvermeeuw
een vlieger die bleef zweven
blote voeten liepen sneller
als de wind je dragen…
Ik word een pluizenbol,
mijn gele kleur gaat weg.
Mijn pluisjes worden weggeblazen,
weggeblazen door de wind.
En soms gebeurt het ook weleens
door het blazen van een kind.
De klaproos zegt: Het is toch fijn
om te reizen met de wind.
Ik begrijp niet,
waarom je dat zo vervelend vindt.…