Drie maanden nu
Wakkere oogjes, zoeklichten aan
Ieder wil in het schijnsel staan
Je armpjes rekken
Je beentjes strekken
Jij kleine trekpop
Jij hartensmelter
Kom op m'n arm
vast en warm
tegen m'n lijf
oud en stijf
Ik schut je hoofdje
dat draait en zwaait
kijkt en kraait
naar wuivende takken
naar ganzen die gakken
naar wolkenluchten…
We wensen je alle goeds en je bent meer dan
welkom.. welkom.. welkom
mijn lief kleinkindje van mij.
Welk Godsgeschenk ben je toch ...
hoe gelukkig zullen we zijn
met jou hier aan onze zij…
Lief kleinkindje,
in grijs kom je aan ’t licht,
wat heb je een mooi neusje,
het vormt al je gezicht,
je houdt je kleine handjes
al vrolijk iets omhoog,
je babyborstje licht wit op
en vormt een halve boog,
rondom je hoofd schittert een gloed
van schijnsel als een krans,
o lieve schat wat is dit mooi,
ik koester jou met glans
en kijk verlangend…
Tal van zeer lieftallige personen in omgeving
En dat is mooi
Complimentjes en gemeende benaderingen
Schatten van kinderen, onheus tactvol kleinkindje
Zegeningen niet te tellen
Dankbaar
Gezond naar ziel en lichaam
Muze steeds aanwezig
Ochtendgloren wenkt
Sterrenhemel lonkt
De volle maan beste vriend
Heelal zo heftig temperamentvol en wijs…
Ik krijg een filmpje binnen van mijn dochter,
waarop mijn kleinkindje de filmster van dienst is.
Hij sluipt de kamer rond
Gaat op verkenning naar een pot met plant.
Likt aan de schoenen, aan de vloer
Alles waar hij zijn tong kan aanleggen
moet eraan geloven.…
Wat voor mens wordt hij?
Wat voor mens zal hij blijken te zijn?
Nu ligt hij daar, schattig verpakt,
te glimlachen, slapen, eten en verschoond worden.
Een enkele keer krijst hij – doorgaans ’s nachts,
als jij probeert wat slaap in te halen.
Mopperend ga je kijken,
vertederd kijk je hem aan,
zoals hij daar ligt,
met zijn gezichtje vol traantjes…