Ik zal u niet beminnen,
Gij, die in vreê gewaad
Voorbij mijn torve zinnen
Langs-heen mijn leven gaat.
Ik zie uw rústige ogen,
En 'k weet hoe goéd ge zijt:
úw tederheid, gebogen
Over mijn eenzaamheid.
En 'k heb u niets verborgen
Van blijheid, drift en leed,
En hoe uw plegend zorgen
Me in stilte wenen deed.…
- Gelaten en verzoend in de avond-zoete dood,
zal onze torve zin naar Uwe boezem zijgen
gelijk een slaap-zwaar kind ten zaal'ge moeder-schoot.
Zégen... Uw rust zweeft, zeegnend, om gebogen twijgen,
die wiegen, naar de slaap der vooglen aedmend gaat.
Zégen...…
- Gelaten en verzoend in de avond-zoete dood,
zal onze torve zin naar Uwe boezem zijgen
gelijk een slaap-zwaar kind ten zaal'ge moeder-schoot.
Zegen... Uw rust zweeft, zeegnend, om gebogen twijgen
die wiegen, naar de slaap der vooglen aadmend gaat.
Zegen...…