Natuur gaf aan mijn Chloris
Haar allerschoonste gaven.
Zij gaf haar schone leden,
Zij gaf haar tintelende oogjes,
En blosjes op de wangen,
Zij gaf haar, trots der mannen,
Een vlug vernuft, en oordeel.
In ’t kort, zij gaf haar alles,
Wat maagden kan versieren.
Maar jammer is ‘t – zij weet het!…
Chloris lokt, vol zoet verlangen,
Hare Bruidegom.
Zie, daar zweeft hij 't lover uit!
Door de struiken afgezegen,
Plengt hij dartlend bloesemregen
In de schoot der Bruid.…
Chloris lokt, vol zoet verlangen,
Hare Bruidegom.
Zie daar zeeft hij 't lover uit!
Door de struiken afgezegen,
Plengt hij dartlend bloesemregen
In de schoot der Bruid.…