De zee zoekt het land met een rustige golfslag,
het land trekt soms aan, stoot soms af,
behoedzaam en stoer blijft het liggen, beluistert
het lied van de ruisende zee.
Op steekt een storm, de zee baart schuimend koppen,
golven slaan het land tegen de klippen op,
ze bonken, botsen, beuken, breken:
geen antwoord is hun deel, hun lot een krachtig…
Hier, vandaag in Lilla Hyttnäs,
ontmoet ik de kleinzoon van Kersti,
de dochter van Carl en Karin Larsson.
We kijken door een venster naar de ruimte.
Dezelfde bloemen bloeien in de tuin.
Hetzelfde uitzicht over het meer.
Het huis straalt weer in de zon.
We kijken door een venster naar de oude tijd.
Tijd die hier aarzelend heeft stilgestaan…
Toen ik de geest gaf, hoorde ik
Een vlieg mijn slaapvertrek belagen
De stilte daar was voor de storm
Of tussen felle regenvlagen
De ogen waren uitgewrongen
De ademhaling schoolde samen
Om zich ferm en kordaat te houden
Straks voor de Grote Kroongetuige
Wat vond uit mijn nalatenschap
Bij wie als erfstuk onderdak?…