Een trage stoet
van aangedane eenden
glijdt zwijgend voorbij.
Een bleke reiger staart,
stokstijf, kaarsrecht.
Breeduit verheft zich
een aalscholver
op een hoge kale stam.
Beneden verstommen
de meerkoeten.
In de wade van het water
twee zwanen.…
De ochtend had hem
de geilgrage fantasmagorie
van de oneigen dood ontstolen.
Nu was hij slechts ontwaakt
om zijn verdroogde vingers te verzadigen
met vettig vocht en hapklaar voedsel.
Hij weigert pertinent
de dag het licht te gunnen
en schuift de gordijnen opzij.
Onwezenlijk uit het raam starend
ziet hij het tafereel ontaarden.…