O lotje dotje,
bij jou is het toch altijd
zo fijn
Ik zou haast wel
elke avond,
en dat onder het genot
van een goed glas rode wijn
daar bij jou
op de Boulevard willen zijn
Peterdw.
Groetjes en tot spoedig!…
wat tempel
er is de geur
van zure tepel
rebellie
zonder hartevuur
dove netel
kwartel op tafels
gedoopt in gierst
bij boeren
geruild en opgedeeld
in kavels
besproken
niet anders dan
gedane zaken
in luiletterland
duf gepriegel
in kantlijnen
van schuldeloze
burgers met salie
in hun gerstenat
groene knoppen
al uit de tak
monsteren…
met warm rode koppen
vuurbezwerend bij elkaar zich leggen
en dat zij meer is dan een droom
omdat wij bijlloos en met blote handen
ons slechts begrijpen en omvatten kunnen
als spaanders zijn in wrijvingshitte
dat liefde is zich te verlieven
wij ons met elke vezel van elkaar ook voeden
en alles verder nog aan ons en ook daartussen
in ’t hartevuur…
Lex is een ware phoenix,
die uit zijn hartevuur,
is opgestaan.
Alex Roeka is een Alexander.
Niets dierlijks zonderling.
Niets menselijks vreemd.
Een Engel in een Beest.
Een oude troubadour.
Een hoge torenkraai.
Een Van Mourik.
Een wijze uil.
Socrates.
Raaf.
Lex vond zichzelf terug,
in zijn oude Ravenstein.…