Een praatje begeert gij, en ik ben geboren
Om vreugd te hanteren in 't lachende groen.
Het is er niet alles met praatjes te doen.
-------------------------------------------------------
* Phoebus = Phoebus Apollo:
goddelijke beschermer van de dichtkunst…
Er komt een man met een kind langs voor thee,
een praatje, hoe gaat het met jullie , gaat het beter.
Dagen, ze kennen soms nog een botte behandeling
spinazie eten we al , kennen de ovenschotel met ei
en ook de voorzichtigheid 't examen van de intentie.…
van ooit volgend
toen we nog zo heerlijk jong
en onbezonnen waren
denkend dat de wereld van ons was
het malieveld overstekend
genieten van koffie op een terras
voorbijgangers bekijkend
jezelf afvragend
waarom mensen in de media
zo onvriendelijk worden afgeschilderd
de zon scheen
het was heerlijk weer
iedereen was vriendelijk
in voor een praatje…
die rookt zijn paling
maar ook de haring en makreel
toch wel zo verduveld lekker
dan eet je zo maar eens te veel
Met de kloetstok in de hand
vaart de kloeter door de grachten
de mensen willen heel graag mee
en staan steeds op hem te wachten
En de letterschilder schildert letters
zo te zien met veel plezier
maakt met klanten steeds een praatje…
Gelukkig is het niet altijd kommer en kwel
Zie ik ook de mooie dingen wel
Mantelzorgers, vrijwilligers die voor een ander klaar staan
De brandweer en de politie die de straat op gaan
Die vele duizenden in de gezondheidszorg
Die mensen helpen met het opstarten van de dag
En graag een praatje maken met een glimlach
Mensen die werken in dierenasielen…
Heb ik een brief te geven
Aan Fles de fabrikant,
Een brief heel grof geschreven
En zwaar en dik van 't zand,
Dan wordt de deur mij nagekletst,
Ik zucht erom, en vat de rest,
Is 't mijn schuld dat, als 't praatje gaat,
Fles naar de kelder gaat?…
Nooit heeft mij de tocht verdroten
Met de jaagschuit heen en weer.
’t Rundvee in de poldervlakte,
’t Kleurenrijk op bloem en blad,
’t Visje dat de henglaar pakte,
’t Dreunen van het karnenvat.
’t Praatje met de groenteboeren,
’t Kijkje naar de duiventil —
Alles kan tot weelde voeren,
Als men het maar grijpen wil.…